MAZDA MODEL 6 2016 Beknopte handleiding (in Dutch)
Manufacturer: MAZDA, Model Year: 2016, Model line: MODEL 6, Model: MAZDA MODEL 6 2016Pages: 36, PDF Size: 1.43 MB
Page 11 of 36

Tijdens het rijden
Zie voor bijzonderheden Hoofdstuk 4, “Instrumentengroep en display”.
Waarschuwingsindicatie/Waarschuwingslampjes
Signaal Waarschuwing
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10Laadsysteemwaarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje Remwaarschuwingslampje
Motoroliewaarschuwingslampje
Waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje voor hoge
motorkoelvloeistoftemperatuur
Indicatie/indicatielampje voor
defecte stuurbekrachtiging
Hoofdwaarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje
Waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje elektrische handrem
Motorwaarschuwingslampje
11
12
13
14Waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje voor
automatische transmissie
KEY waarschuwingsindicatie 4WD waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje
15
KEY waarschuwingslampje Waarschuwingslampje voor systeem
van airbag/voorspanners van voorste
veiligheidsgordels
20
Waarschuwingsindicatie van Mazda
Radar Cruise Control (MRCC) systeem
Waarschuwingslampje van
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS)
LED koplampwaarschuwingslampje
120 km/h waarschuwingslampje
Veiligheidsgordelwaarschuwingslampje
(Voorzitting)
Waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje voor laag
sproeiervloeistofniveau
Open-achterklep
waarschuwingsindicatie
Open-portier waarschuwingslampje Open-kofferdeksel
waarschuwingsindicatie Signaal Waarschuwing
Waarschuwingslampje van
anti-blokkeer remsysteem (ABS)
Deze lampjes gaan branden of knipperen om de gebruiker te informeren over de
bedrijfstoestand van het systeem of om een defect te melden.
19
Waarschuwingsindicatie van
rijstrookassistent (LAS) en het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS)
Waarschuwingsindicatie
vermoeidheid bestuurder (DAA)
Waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje van Smart
Brake Support remhulpsysteem/
stadsverkeer-remassistent (SBS/SCBS)
21
16
17
1822
23
24
25
10
Veiligheidsgordelwaarschuwingslampje
(Achterzitting)
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
Waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje van
bandenspanningcontrolesysteem
Koplampregelsysteem (HBC)
waarschuwingsindicatie/waarschuwingslampje
i-stop waarschuwingslampje i-ELOOP waarschuwingsindicatie
Dodehoekmonitor (BSM)
waarschuwingsindicatie
Adaptieve LED koplampen (ALH)
waarschuwingsindicatie/waarschuwingslampje
Open-portier
waarschuwingsindicatie
Waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje voor laag brandstofpeil
Page 12 of 36

Tijdens het rijden
30
Indicatie/Indicatielampjes
Signaal Indicatielampjes
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10Beveiligingssysteemindicatielampje Veiligheidsgordelindicatielampje
(Achterzitting)
KEY indicatie/indicatielampje
Rijsnelheidsalarmindicatie
Moersleutelindicatie/indicatielampje
Dieseldeeltjesfilterindicatie/
indicatielampje
Indicatielampje voor lage
motorkoelvloeistoftemperatuur Voorgloei-indicatielampje
Schakelstandindicatie
11
12
13
14
Verlichting-aan indicatie/indicatielampje
Grootlichtindicatielampje
Richtingaanwijzers/
Waarschuwingsknipperlichten
indicatielampjes
15Indicatielampje voor mistvoorlicht20
Adaptieve LED koplampen (ALH)
indicatielampje
Dodehoekmonitor (BSM) OFF
indicatielampje
Hoofdindicatie van Mazda Radar
Cruise Control (MRCC) systeem
Indicatielampje van
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) OFF
Indicatie van rijstrookassistent (LAS) en het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS)
Indicatie vermoeidheid bestuurder
(DAA)
Smart Brake Support
remhulpsysteem/stadsverkeer-remassistent
(SBS/SCBS) OFF indicatielampje
Instelindicatie van
kruissnelheidsregelaar Hoofdindicatie van
kruissnelheidsregelaar i-ELOOP indicatie Indicatielampje van
stadsverkeer-remassistent (SCBS)
Indicatie van Smart Brake Support
remhulpsysteem/
stadsverkeer-remassistent (SBS/SCBS)
Signaal Indicatielampjes
Indicatielampje van de
deactiveringsschakelaar van de
voorpassagiersairbag
Deze lampjes gaan branden of knipperen om de gebruiker te informeren over de
bedrijfstoestand van het systeem of om een defect te melden.
19
29Instelindicatie van Mazda Radar
Cruise Control (MRCC) systeem
21
17
1822
23
24
25
26
27
28
Indicatielampje voor mistachterlicht
Indicatie/indicatielampje elektrische
handrem
Rempedaalbediening vereist
indicatielampjeKoplampregelsysteem (HBC)
indicatielampje
TCS/DSC indicatielampje
DSC OFF indicatielampjeKeuzemodusindicatie
16
31
32
33
34
11Zie voor bijzonderheden Hoofdstuk 4, “Instrumentengroep en display”.
Page 13 of 36

Tijdens het rijden
12
Ontgrendeltoets
Bedieningsorganen van de automatische transmissie
Diverse blokkeringen:
Geeft aan dat u om over te kunnen
schakelen het rempedaal moet intrappen
en de ontgrendeltoets ingedrukt moet
houden (het contact dient op ON te
staan).
Geeft aan dat de keuzehendel vrij naar
elke stand verplaatst kan worden.
Geeft aan dat u om over te kunnen
schakelen de ontgrendeltoets
ingedrukt moet houden.
Drive-keuzeschakelaar
Drive-selectie
Drive-selectie is een systeem dat de drive-stand van de auto overschakelt. Wanneer
de sportstand is geselecteerd, geeft de auto bij de bediening van het gaspedaal een
krachtigere respons. Dit zorgt voor een extra snelle acceleratie, wat nodig kan zijn
voor het veilig uitvoeren van manoeuvres zoals het wisselen van rijbaan, het
oprijden van snelwegen of het inhalen van andere voertuigen.
Trek voor het annuleren van de sportstand de
drive-keuzeschakelaar naar achteren (“ ”). Druk voor het selecteren van de sportstand de
drive-keuzeschakelaar naar voren (“ ”).
Keuzemodusindicatie
Wanneer de sportstand wordt geselecteerd,
gaat de keuzemodusindicatie in de
instrumentengroep branden.
Zie voor bijzonderheden Hoofdstuk 4, “Automatische transmissie” of “Drive-selectie”.
Page 14 of 36

13
Tijdens het rijden
Hogere
gevoeligheid
Minder
gevoeligheid
Schakelaar
Middenpositie
Gebruik van de koplampen
Zonder automatische verlichtingsregeling Met automatische verlichtingsregeling
Gebruik van de voorruitenwissers
Met intervalruitenwisser Met automatische ruitenwisserregeling
Werking bij omhoogtrekken van de hendel
Intervalwerking (Met intervalruitenwisser)
Lage snelheid
SchakelaarstandBediening van de ruitenwissers
Hoge snelheid
Wanneer de
ruitenwisserhendel in
de stand staat,
tast de regensensor
de hoeveelheid
regenval op de
voorruit af en
schakelt deze de
ruitenwissers
automatisch in of uit.
Automatische regeling (Met automatische
ruitenwisserregeling)
Zie voor bijzonderheden Hoofdstuk 4, “Schakelaars en regelaars”.
Page 15 of 36

Tijdens het rijden
14
i-ACTIVSENSE
i-ACTIVSENSE is een collectieve benaming voor een reeks geavanceerde
beveiligings- en rijondersteuningsystemen welke gebruik maken van een
vooruitrijcamera (FSC) en radarsensoren.
Deze systemen bestaan uit actieve beveiligings- en anti-botsinghulpsystemen.
Hulpsystemen ter ondersteuning van de bestuurdersalertheid
• Aanpasbaar voorverlichtingssysteem (AFS)
• Koplampregelsysteem (HBC) • Adaptieve LED koplampen (ALH)
• Rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS)
• Dodehoekmonitor (BSM)
• Afstandherkenninghulpsysteem (DRSS)
• Vermoeidheidswaarschuwing (DAA)
Deze systemen zijn bestemd om de bestuurder te ontlasten en te helpen veiliger te
rijden en botsingen te vermijden of de ernst daarvan te verminderen. Echter
aangezien elk van deze systemen hun beperkingen hebben, altijd voorzichtig rijden
en niet blindelings op deze systemen vertrouwen.
Actieve rijondersteuningstechnologie
De actieve rijondersteuningstechnologie ondersteunt de bestuurder bij het veiliger rijden
doordat deze helpt potentiële gevaren te onderkennen en ongelukken te voorkomen.
Zichtbaarheid in het donker
Detectie aan linker/rechterzijde en achterzijde
Afstandherkenning tussen voertuigen
Detectie bestuurdersvermoeidheid
• Achteruitrijwaarschuwingssysteem (RCTA)
Obstakeldetectie aan de achterzijde bij het wegrijden uit een parkeerplaats
• Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem
• Rijstrookassistent (LAS) en rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS)
Afstand tussen voertuigen
Rijstrookafwijking
• Afstelbare snelheidsbegrenzer
Snelheidsregeling
Vermindering van de ernst van een botsing bij lage snelheden
• Stadsverkeer-remassistent [Vooruit] (SCBS F)
Anti-botsingtechnologieDe anti-botsingtechnologie is ontworpen om de bestuurder te helpen botsingen te voorkomen
of de ernst daarvan te verminderen in situaties waar deze niet voorkomen kunnen worden.
Vooruit rijden
• Stadsverkeer-remassistent [Achteruit] (SCBS R)
• Smart Brake Support remhulpsysteem (SBS)Achteruit rijden
Vermindering van de ernst van een botsing bij gemiddelde/hoge snelheden
Zie voor bijzonderheden Hoofdstuk 4, “i-ACTIVSENSE”.
• Verkeersbordherkenningsysteem (TSR)
Verkeersbordherkenning
• Geavanceerde stadsverkeer-remassistent (Advanced SCBS)
Page 16 of 36

15
Tijdens het rijden
Zie voor bijzonderheden Hoofdstuk 4, “i-ACTIVSENSE”.
Adaptieve LED koplampen (ALH)
Het grootlicht en dimlicht van de adaptieve LED koplampen wordt voor een
optimaal zicht van de bestuurder als volgt optimaal geregeld zonder voorliggende
voertuigen of voertuigen die uit tegenovergestelde richting naderen te verblinden.
Deze functie dimt enkel de bundel grootlicht die op een voorliggend voertuig
schijnt.
Niet-verblindend grootlicht
Bij het rijden met een snelheid van ongeveer 40 km/h of hoger wordt het grootlicht
gedimd. Wanneer de rijsnelheid minder is dan ongeveer 30 km/h, worden de
koplampen op dimlicht overgeschakeld.
OPMERKING
Wanneer het grootlicht is ingeschakeld gaat het grootlichtindicatielampje branden.
Deze functie vergroot het verlichtingsbereik van de lichtbundel van het dimlicht
bij het rijden met een snelheid van ongeveer 40 km/h of lager.
Groothoekdimlicht
Deze functie verplaatst de verlichtingshoek van de lichtbundel van de koplampen
omhoog bij het rijden op snelwegen.
Snelwegstand
Page 17 of 36

16
Tijdens het rijden
Zie voor bijzonderheden Hoofdstuk 4, “i-ACTIVSENSE”.
Adaptieve LED koplampen (ALH)
Het systeem schakelt de koplampen over naar grootlicht nadat het contact op ON
is gezet en de koplampschakelaar in de stand AUTO staat.
Inschakelen van het systeem
OPMERKING
Onder de volgende omstandigheden bestaat de kans dat de adaptieve LED
koplampen (ALH) niet normaal functioneren. Schakel handmatig over tussen
grootlicht en dimlicht al naargelang het zicht en de weg- en verkeerssituatie.
• Wanneer er andere lichtbronnen in het gebied zijn, zoals straatlantaarns,
verlichte aanwijsborden en verkeerslichten.
• Wanneer er lichtweerkaatsende voorwerpen in de omgeving zijn, zoals
lichtweerkaatsende platen en borden.
• Wanneer het zicht verminderd is tijdens regen, sneeuw of mist.
• Bij het rijden op wegen met scherpe bochten of golvingen.
OPGELET
• Breng geen wijziging aan de wielophanging of koplampeenheden aan en
verwijder de camera niet. Anders bestaat de kans dat de adaptieve LED
koplampen (ALH) niet normaal functioneren.
• Vertrouw niet uitsluitend en alleen op de adaptieve LED koplampen (ALH)
en rijd met voldoende aandacht voor de veiligheid. Schakel de koplampen
indien nodig handmatig over tussen grootlicht en dimlicht.
• Wanneer de koplampen/achterlichten van voorliggende voertuigen of van
voertuigen op de tegenovergestelde rijbaan niet duidelijk zichtbaar of
onverlicht zijn.
• Wanneer het onvoldoende donker is, zoals bij zonsopgang of schemering.
• Wanneer de bagageruimte beladen is met zware voorwerpen of de
achterpassagierszittingen bezet zijn.
• Wanneer het zicht verminderd is doordat spatwater van de banden van een
voorliggend voertuig op uw voorruit terechtkomt.
Page 18 of 36

Tijdens het rijden
Verkeersbordherkenningsysteem (TSR)
Het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) helpt de bestuurder te voorkomen dat
verkeersborden over het hoofd worden gezien en biedt ondersteuning voor veilig rijden
door tijdens het rijden op de Active Driving Display verkeersborden te tonen die herkend
worden door de vooruitrijcamera (FSC) of die geregistreerd zijn in het navigatiesysteem.
Als gedurende het rijden de rijsnelheid het maximumsnelheidbord aangegeven in de
Active Driving Display overschrijdt, informeert het systeem de bestuurder door
middel van een indicatie in de Active Driving Display en een waarschuwingsgeluid.
Het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) toont de maximum snelheid (inclusief
onderborden) en eenrichtingsborden.
Let tijdens het rijden altijd goed op de verkeersborden.
Het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) helpt de bestuurder te voorkomen dat
verkeersborden over het hoofd worden gezien en biedt ondersteuning voor veilig
rijden. Afhankelijk van de weersomstandigheden of problemen met verkeersborden,
is het mogelijk dat een verkeersbord niet wordt herkend of dat een verkeersbord dat
verschilt van het werkelijke verkeersbord wordt weergegeven. Neem het als
bestuurder altijd tot uw verantwoordelijkheid op de verkeersborden te letten.
WAARSCHUWING
Anders kan dit een ongeluk tot gevolg hebben.
OPMERKING
• In bepaalde landen of regio’s wordt het verkeersbordherkenningsysteem
(TSR) niet ondersteund. Raadpleeg voor informatie betreffende de
ondersteunde landen of regio’s een deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur.
• Het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) werkt alleen als de SD kaart van
het navigatiesysteem (origineel Mazda) in de SD kaartgleuf is gestoken.
Raadpleeg een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur voor bijzonderheden.
17Zie voor bijzonderheden Hoofdstuk 4, “i-ACTIVSENSE”.
Page 19 of 36

18
Tijdens het rijden
Zie voor bijzonderheden Hoofdstuk 4, “i-ACTIVSENSE”.
Verkeersbordherkenningsysteem (TSR)
Als de rijsnelheid het maximumsnelheidbord dat op de Active Driving Display
wordt weergegeven overschrijdt, wordt een waarschuwingsgeluid geactiveerd en
gaat het gedeelte rondom het maximumsnelheidbord dat op de Active Driving
Display wordt weergegeven 3 maal in oranje knipperen en als de rijsnelheid het
weergegeven maximumsnelheidbord blijft overschrijden, stopt de indicatie met
knipperen en licht deze constant op. Controleer de omgeving en pas de rijsnelheid
aan de wettelijk geldende snelheid aan door het nemen van de juiste maatregel
zoals het intrappen van het rempedaal.
Waarschuwing te hoge snelheid
OPMERKING
Het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) werkt niet als er een defect is in de
vooruitrijcamera (FSC).
Page 20 of 36

19
Tijdens het rijden
Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem
Het Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem regelt de volgafstand al
naargelang de rijsnelheid met behulp van een radarsensor die de afstand ten
opzichte van een voorliggend voertuig meet, zodat de bestuurder het gaspedaal of
het rempedaal niet hoeft te gebruiken.
Als uw auto het voorliggende voertuig dichter begint te naderen, omdat
bijvoorbeeld het voorliggende voertuig plotseling afremt, wordt tegelijkertijd een
waarschuwingsgeluid en een waarschuwingsindicatie op de display geactiveerd
om u te waarschuwen voldoende afstand tussen de voertuigen te bewaren.
De volgende rijsnelheden kunnen ingesteld worden:
• (Europese modellen)
Ongeveer 30 km/h tot 200 km/h
• (Behalve Europese modellen)
Ongeveer 30 km/h tot 145 km/h
Zie voor bijzonderheden Hoofdstuk 4, “i-ACTIVSENSE”.
Gebruik het Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem op snelwegen en overige
autowegen waarbij niet veel herhaalde acceleratie en snelheidsmindering vereist is.
Vertrouw niet volledig op het Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem
en rijd altijd voorzichtig:
WAARSCHUWING
Gebruik het Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem niet op de
volgende plaatsen. Anders kan dit een ongeluk tot gevolg hebben:
• Wegen met scherpe bochten, druk verkeer of wegen waarbij herhaalde en
veelvuldige acceleratie vereist is.
• Bij op- en afritten van knooppunten en pleisterplaatsen van snelwegen.
• Gladde wegen, zoals met ijs of sneeuw bedekte wegen.
• Lange, aflopende hellingen.
Het Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem is bedoeld om de bestuurder
te ontlasten en hoewel een constante rijsnelheid wordt aangehouden, of
specifieker, er overeenkomstig de rijsnelheid een constante afstand wordt
aangehouden tussen uw auto en het bespeurde voorliggende voertuig, heeft het
systeem detectiebeperkingen afhankelijk van het soort voorliggende voertuig en
de conditie ervan, de weersomstandigheden en de verkeerssituatie. Verder is het
mogelijk dat het systeem niet in staat is voldoende af te remmen om een botsing
met het voorliggende voertuig te vermijden als het voorliggende voertuig
plotseling afremt of een ander voertuig in de rijstrook snijdt, waardoor een
ongeluk veroorzaakt kan worden. Controleer altijd de veiligheid van de
omgeving en trap het rempedaal of gaspedaal in terwijl u een veiliger afstand
aanhoudt ten opzichte van voorliggende voertuigen of tegenliggers.